LOUIS SOMER - Violist en Componist

Korte Biografie

Louis Somer is geboren in Assen op 13 mei 1901 en overleed op 6 augustus 1966 te Groningen.

Opleiding. Hij kreeg zijn eerste vioolonderwijs van E. Clemens Schröner en studeerde vervolgens bij Alexander Schmuller aan het Conservatorium van Amsterdam. Een staatsstipendium stelde hem vervolgens in staat zijn studie te voltooien bij professor Bram Eldering in Keulen en bij Lucien Capet in Parijs. Als componist is hij hoofdzakelijk autodidact.

Werkzaamheden. Louis Somer werd op zijn 25e jaar eerste concertmeester van het Philharmonisch Orkest in Stuttgart, en was daarna enige jaren concertmeester bij de Radio in Hilversum. Vanaf 1946 was hij eerste concertmeester van de Groninger Orkest Vereniging. Als solist trad Somer met de meeste Nederlandse orkesten op (o.a. ook met het Concertgebouworkest). Hij introduceerde Nederlandse muziek in Parijs en trad als kamermuziekspeler op met o.a. Theo van der Pas, Gerard Hengeveld, George van Renesse en Felix de Nobel.

Composities. Voor orkest schreef Somer o.a. Passacaglia en fuga (1940), Divertimento concertante, een Burlesque voor piano en orkest(1952) en een Vioolconcert (1951). Verder componeerde hij strijkkwartetten, een pianotrio en andere kamermuziek.

Prijzen. In 1953 kreeg Louis Somer de Culturele Prijs van de Provincie Groningen voor zijn compositorische arbeid.

Concert Louis Somer en Eduard van Beinum

Onderstaand een recensie uit de Asser Courant van 23 december 1920 van genoemd concert. Louis Somer was toen 19 jaar.

Met zeer veel belangstelling heb ik het concert van onzen jeudigen stadgenoot Louis Somer en den heer Eduard van Beinum tegemoet gezien. Vooral ook omdat ik de studie van eerstgenoemde enigszins heb kunnen volgen, zijn talent heb kunnen zien ontkiemen en groeien.
Het met zorg gekozen programma gaf ons de gelegenheid de resultaten dezer studie te beoordelen en over het geheel genomen kunnen deze zeer bevredigend genoemd worden.
Naar ik vernam, bespeelde de heer Somer een "Guarnerie", die hem in bruikleen is afgestaan. Hoewel dit instrument goede kwaliteiten bezit, kwam het mij voor dat de toon, wart de e snaar betreft, wat dun en vlak is, terwijl de d snaar te weinig sonoriteit heeft. In het concert van Mendelssohn kwamen daardoor enkele passages *vooral de stijgende triool figuren) niet voldoende tot hun recht. Gedeeltelijk kan dit ook aan het wat al te snelle tempo geweten worden.
In technisch kunnen heeft de heer Somer reeds een zeer respectabele hoogte bereikt. Zijne opvatting is beslist muzikaal. wat meer zelfbeheersing en bezonkenheid zullen zijn spel tot volle rijpheid brengen en er het echte artistiek cachet aan geven.
De sonate van Tartini werd goed in stijl weergegeven.
Het beste was de violist echter op dreef in de heerlijke sonate van Franck. In dit prachtwerk gaf de jonge kunstenaar zooveel goeds te hooren, dat men met recht groote verwachtingen voor de toekomst mag koesteren.
Na het concert van Mendelssohn werd er met zoveel enthousiasme geapplaudisseerd, dat de violist daarin aanleiding vond nog een Gavotte van Bach ten beste te geven.
Bij voortgezette studie zal Somer zeker een sierraad onder de Nederlandsche violisten worden. Van harte zij hem een volkomen succes toegewenscht.
De heer Eduard van Beinum kunnen wij als één der ernstigste onzer jonge klavierspelers beschouwen. Hij is in het bezit van een zeer degelijk ontwikkelde techniek en ga blijken van diep doordrongen te zijn in het wezen der werken die hij weergaf, en hij weet aan zijn reproductiën een type te geven.
Op heldere wijze werd Praeludium en Fuga van Bach voor de hoorders duidelijk gemaakt. In de Fantasie d mineur van Mozart troffen de zuivere stijl en de fijne dynamische scharkeringen.
Het stemmingsvolle La Cathédrale englentie dat in de plaats van Scarlatti's Sonate werd gespeeld, kwam door het zeer subtiele touche tot zijn volste recht. Zoo gespeeld, geeft Debussy's werk een superieure genieting.
Ook de werken van Frank viel een uitstekende vertolking ten deel.
Met een pianist als van Beinum aan den vleugel, kan ieder solist zeker van zijn succes zijn.
Met geestdriftig applaus werden tenslotte de jonge kunstenaars voor hunne zeer hoogstaande prestaties beloond.
F. BICKNESSE.

Persbeoordelingen Louis Somer Violist Bussum

foto Ein Künstler der unsere Beachtung verdient und mit Recht starken Beifall fand.
Stuttgarter Tageblatt.

In Beethoven's Violinkonzert lernte man L. Somer als einen sehr tüchtigen beachtenswerten Geiger kennen mit schönen tragfâhigem Ton, ausdruckvoller Kantilene und einer technischen Fertigkeit die dem jongen Künstler eine Zukunft verspricht.
Stuttgarter Zeitung.

Louis Somer spielte das Violinkonzert in D dur mit einer Sïcherheit und tonlichen Gestaltung die jedem Konzertsaal zur Ehre gereichen würde.
Rundfunk-Woche Stuttgart.

Nous avons particulièrement remarqué un concerto pour violon, fort bien joué par M. Louis Somer
Darius Milhaud in "Le Jour" Paris.

Somer's violistische techniek vindt in zeer mooie en heel muzikale toonvorming wel haar hoogtepunt. Alg. Handelsblad A'dam.

Somer speelt voortreffelijk viool. Beide kunstenaars zijn menschen om succes te hebben, ze moeten zich een naam verwerven als ensemble, ze verdienen het.
L. M. G. Arntzenius in "De Telegraaf" A'dam.

Ruim voldoende om den goeden musiceergeest van den begaafden violist te onderkennen die aangemoedigd door een talrijk en warm gestemd publiek, voor zijn kunst belangstelling wekte en die ook met succes gaande kon houden.
Nieuwe Rott. Crt.

Hij heeft een zeer gave stokbeheersching, en produceert een mooie, warme viooltoon. Hij heeft een respectabele techniek en een muzikale intuitie, welke hem de weg wijst in uiteenloopende stijlen. Hij heeft het ware violistische temperament.
Paul F. Sanders in Het Volk".

Louis Somer bezit een positief gunstige dispositie als violist. Niet alleen dat z'n techniek links en rechts voortreffelijk ontwikkeld is, maar ook de toonvorming is klankrijk en solied; hij heeft bovendien een zeer goed inzicht in de dynamiek en behoudt een mooie goed geziene verdeeling in den opbouw.
Theo v. d. Bijl in "De Tijd".

Hij heeft van nature den solistenaanleg. Somer is een solist die de muziek spontaan aanvoelt en het publiek weet te boeien.
Prov. Gron. Crt.

Als een wonder van gedragenheid klonk het middendeel met z'n verrukkelijke cantilene, Maar ook in de beide hoekdeelen was het een spel van melodische frischheid, kristallen klaarheid en fonkelenden glans.
Leeuwarder Courant.

In Bach's Ciaconna toonde allereerst Somer zich een meester op z'n instrument. Het was virtuoos in Nin's stuk, het werd brandend in Bartok's Rapsodie en het was tenslotte verheven in Franck's Sonate.
Hugo Godron in de "Gooi en Eemlander".

Dit is een hoog plan want Louis Somer is een violist van beteekenis en een musicus van voornamen geest.
Nw. Buss. Courant.

Groot was de indruk die de sonate van Brahms achterliet, overtuigend van waarachtig onaanvechtbaar meesterschap.
Frans Hasselaar in de Buss. Courant.

Aanvragen voor Concerten te richten aan

LOUIS SOMER - ZWARTEWEG 70 - BUSSUM
of aan de
CENTRALE KUNSTORGANISATIE
RUYSDAELSTRAAT 53 - AMSTERDAM

Afscheid van Louis Somer

foto Veel waardering voor hem als musicus en vooral als collega. 1)
Met een zinspeling op de naam Somer heeft mr. R. A. VOS gisteravond in een bijeenkomst in de Harmonie de eerste concertmeester van de GOV ten afscheid Shakespeare geciteerd waar deze zegt, dat de termijn van de Zomer eigenlijk te kort is. Al de jaren sinds 1946 - dat Louis Somer het orkest diende, zijn te snel vergleden. Al het mooie, al wat goed is verdwijnt snel. Maar wij moeten dankbaar zijn voor de volle Zomer die ons geschonken werd, aldus spreker.
Mr. Vos sprak uit naam van de voorzitter van het GOV-bestuur, dr. A. M. H. Schepman, die wegens ziekte verhinderd was. GOV-bestuur, dirigent, orkestleden en een aantal genodigden, kwamen na het concert van gisteravond in de koffiekamer bijeen om afscheid te nemen van de eerste concertmeester Louis Somer. Mr. Vos noemde Somer een zeer bijzonder en talentvol musicus, die op heel jonge leeftijd als violist al furore maakte. Op vele podia liet hij zijn viool klinken. Niet alleen van zijn kunstenaarschap als violist straalde iets op de GOV af, maar eveneens als componist, in het bijzonder door de toekenning enkele jaren geleden van de culturele prijs der provincie Groningen.
Iedereen weet hoe Louis Somer ziekte en tegenslag niet bespaard zijn gebleven, zo besloot mr. Vos. Dat hij desondanks de kracht heeft gevonden te doen wat zijn muzikale hart hem ingaf, noopt anderen tot gevoelens van grote bewondering en dankbaarheid. Namens het GOV-bestuur overhandigde mr. Vos de scheidende concertmeester een aantal grammofoonopnamen van kwartetten van Mozart, die de kamermusicus in Louis Somer zeker na aan het hart zullen liggen.

Veel geleerd.
In zijn dankwoord wees Somer erop, zijn werk als componist niet als een verdienste te beschouwen, omdat verplicht is zijn talenten niet onder de korenmaat te stellen - ook al meende hij zijn eigen talenten als niets beduidend te moeten aanmerken. Hij was overigens dankbaar iets waardevols aan de mensen te hebben mogen overbrengen. 'Ik heb hier enorm veel geleerd, vooral als musicus', zo merkte hij nog op. Somer hoopte na dit afscheid nog veel kamermuziek te kunnen spelen en zo nu en dan eens een stukje muziek in elkaar te zetten.
De dirigent Jan van Epenhuysen schetste de invloed die zijn eerste concertmeester op het orkest heeft gehad. Hij sprak over de ruimte welke Somer de muziek in de GOV steeds gaf. 'Jij zult de muziek niet verliezen wanneer je dit baantje verliest. Heb vertrouwen in de bodem die je in je hebt, aldus de dirigent.
Somer prees hierna op zijn beurt Jan van Epenhuysen om de durf die deze op zijn orkest had overgebracht de meeste noviteiten te brengen van het hele land. De heer J. Cantor, zakelijk leider van de GOV, vertelde hoe grote ontsteltenis het bericht van Somers vertrek teweeg had gebracht.

Moelijk vervangbaar.
Simon Kooiman, solo fluitist, vertolkte de gevoelens van de orkestleden, dat het voor de nieuw te benoemen concertmeester bijzonder moeilijk zal zijn Somer als musicus en vooral ook als collega waardig te vervangen. In soortgelijke bewoordingen uitte zich ook de bassist George Kerstholt. Namens de orkestleden overhandigde Kooiman een kostbaar boekwerk.
De scheidende concertmeester dacht met grote dankbaarheid terug aan de prachtige verhouding tussen de orkest leden, die hij bijna uniek voor Nederland noemde, omdat er nooit plaats was voor afgunst en nijd. Wel zei hij zich jaren geërgerd te hebben aan de manier van kritiek leveren, een kritiek zonder enig respect, waarbij geen rekening werd gehouden met de moeilijkheden van het podium. 'Dat is hier de dissonant in deze stad', aldus Somer.
Mevrouw Somer deelde in de afscheidshulde en ontving bloemen van het GOV bestuur en van de leden van het orkest.

Louis Somer wordt zaterdag 60 jaar

Leven gewijd aan muziek der klassieken Met a tonale muziek houd ik mij niet op; ik wil mezelf blijven. 2)
Assen - Voor zijn huis aan de Rijksstraatweg te Haren klinkt het ritme van het moderne verkeer. Voorbij zoevende auto's en voortrazende vrachtwagens veroorzaken een heidens kabaal en symboliseren de cadans van het jachtige leven. Louis Somer die op nummer 84 woont slaakt de verzuchting dat hij een stil een mooi plekje op de hei verre zou prefereren boven de veste die hij nu aan deze grote verkeersverbinding Noor Zuid heeft betrokken. 'Ik kan er niet van werken,' zegt deze fijn gevoelige musicus, 'ik zou de stilte verkiezen.' 'Zouden al die geluiden u niet kunnen inspireren?' 'Misschien, maar dan zou ik a tonale muziek moeten maken en daarmee houd ik mij niet op.'

Assenaar van geboorte.
Eigenlijk zaten wij daarmede midden in het onderwerp, dat wij tijdens een kort gesprek met de heer Somer aansneden: zijn eigen werk, zijn vertrouwen in en zijn gevoel voor de grote muzikale genieën, wier werk aan geen tijd gebonden is en de moderne avant gardistische muziek, waarvan de voormalige eerste concertmeester van de Groninger Orkest Vereniging een ingeroeste afkeer heeft. Louis Somer hoopt zaterdag de zestigjarige leeftijd te bereiken en ofschoon hij zich goeddeels uit de muzikale wereld heeft teruggetrokken, meenden wij, dat, gezien zijn carrière als solistisch violist, als concertmeester, als componist, gezien ook dat hij, Assenaar van geboorte, een van de onzen is, hij wel eens opnieuw in het licht van de openbaarheid mocht worden gesteld.

Familie.
Louis Somer werd dus zestig jaar geleden in Assen geboren, als zoon van de koperslager Gerke Somer, die nog niet zo lang geleden op zeer hoge leeftijd is overleden. Hij is een broer van Johannes Somer. Een van de bekende figuren op ons stadhuis en van dr. Jan Somer, die van zich heeft doen spreken als hoofd van de Nederlandse Inlichtingendienst in Londen tijdens de jongste oorlog. Louis Somer heeft zijn leven gewijd aan de muziek. Het is nog alles muziek om hem heen. Zijn onafscheidelijke viool staat altijd onder zijn bereik, een grote vleugel stoffeert zijn gezellige woning in Haren en dan zijn er nog zijn dochter, mevrouw Ilona Manger Somer, die zingt en zijn zoon Aldo, die dirigent wil worden en nu studeert bij Alfred Salten in Leeuwarden. Hij heeft zijn eerste verdiensten op dit gebied reeds behaald als leider van enkele koren. 'Hij is bovendien mijn collega', zegt zijn vader, 'hij is ook leraar aan het Groninger Muzieklyceum'.
Het probleem van de moderne muziek laat ons in dit gesprek niet los. Louis Somer heeft er maar weinig goede woorden voor: 'Eigenlijk,' zegt hij 'heeft de a tonale muziek maar heel weinig met muziek als kunstuiting te maken. De a tonale muziek is zuiver cerebraal en dat is een basis, die eigenlijk faliekant in strijd is met het wezen der muziek.
Deze moderne muziek gaat te zeer uit dus van 't verstandelijke en niet vanuit de intuïtie en de inspiratie. Aan de twaalftoons muziek van Schönberg en zijn volgelingen ligt de techniek ten grondslag, hoe anders is dat bij Mozart en Bach. Ik ben er wel van overtuigd, dat er een nieuwe vorm van muziek moet komen, maar ik zal daaraan niet meedoen zolang deze te zeer verstandelijk en te beredeneerd is. Ik wil graag mezelf blijven, daarom experimenteer ik niet. Ik zou er niet aan mee kunnen doen, want dan zou ik me moeten forceren en iets moeten opbrengen, dat tegen het esthetische principe is dat ik huidig'.
Ik wil mezelf blijven. Zichzelf is Louis Somer als hij zijn viool opneemt en speelt, de klassieken, de geniale.

Schönberg uitgefloten.
Er is ook veel jeugd, die niet gegrepen wordt door de moderne stroming voert de heer Somer aan. Dat is voor deze vertolker en schepper van muziek een bewijs, dat de ware nieuwe, eigentijdse muziek er nog niet is. Met deze eigentijdse muziek heeft de heer Somer niet bijvoorbeeld de muziek van een Bela Bartok, waarvoor hij wel waardering heeft, op het oog.
Zijn uitspraak, dat lang niet alle jongeren gegrepen zijn door het nieuwe, dat zich in deze, in hun tijd in de muziek openbaart illustreert Somer, met te wijzen op de manier, waarop het optreden van het Danzj-kwintet indertijd in Groningen is ontvangen. Het bracht een werk van Schönberg en het werd door de aanwezige jongeren uitgefloten. Ondanks zijn mening over dit alles wil de heer Somer graag veronderstellen, dat de moderne componisten ofschoon hij ze niet begrijpt, wel te goeder trouw zijn. ,Wellicht is het zo,' zegt hij, 'dat de moderne muziek zich thans nog te veel bevindt in een experimenteel stadium, dat parallel loopt aan de techniek, waarop zij veelal is gebaseerd. Er wordt op technisch gebied veel gepresteerd, maar de volledige voltooiing van die prestaties hebben wij nog niet bereikt".

Componist.
Louis Somer, die in 1954 de door de Provinciale Staten van Groningen ingestelde Culturele Prijs kreeg toegekend als scheppend kunstenaar, houdt zich aan Mozart en Bach en de vele anderen wier patroon met de groten overeenstemt. Hij heeft veel van hun werken gespeeld als solist bij de Groninger Orkest Vereniging en het Concertgebouworkest. Hij bewaart z'n schoonste herinneringen aan 'n optreden met de Philharmonie in Stuttgart onder Leo Blech, van de Staatsopera te Berlijn. Hij heeft ook veel kwartet gespeeld met Stoetzer, Blom en Kuter. Hij heeft voorts zelf veel gecomponeerd een vioolsonate, een pianotrio en declamatoria, zoals 'Novemberland' op een gedicht van de Groninger dichter Koos Schuur (speciaal hieraan dankt hij de Culturele Prijs) en 'Mien dörp is dood' van Jan Boer. Er is een orkestwerk van hem uitgevoerd door Van Otterloo voor de radio.
Nog vult Louis Somer zijn dagen met muziek, met zelf musiceren en met componeren, maar, en daarmede komen wij terug op het uitgangspunt van ons gesprek, hij zou de stilte prefereren, boven het diabolische lawaai, dat het moderne verkeer voor zijn deur aan de Rijksstraatweg te Haren maakt. Met weemoed denkt hij terug aan zijn vroegere woning aan het Paterswoldse meer, waar de stilte en de rust, die een componist zo nodig heeft als hij werkt, het zesde zintuig, waarmee hij begiftigd schijnt, niet storen.
De biografie van een musicus schrijft men allicht niet in jaartallen, maar zij horen toch bij hem, als men iets over hem wil gaan vertellen in verband met het feit, dat hij zaterdag 60 jaar hoopt te worden.
Louis Somer werd op 13 mei 1901 in Assen geboren. Zijn eerste muzikale opleiding ontving hij aan de Groninger Muziekschool. Zijn eerste compositie 'Pan les Nymphes' beleefde haar eerste uitvoering door de GOV, onder leiding van Kor Kuiler. Zijn werkelijke muzikale vorming ontving Louis Somer aan het Amsterdams Conservatorium. Voor de voltooiing van zijn studie ging hij naar Duitsland om zich daar onder leiding te stellen van de beroemde vioolpedagoog prof. Bram Eldering. Ook bij Lucien Capet in Parijs is hij in de leer geweest.
Nog een paar belangrijke jaartallen: 1927 concertmeester te Stuttgart. Daarna concertmeester van het KRO-orkest en in 1946 de GOV.

Concert G.O.V. met Louis Somer als solist

Dirigent: Edouard van Remoortel 3)

Er is een tijd geweest, dat men de eerste symfonie van Beethoven beschouwde als het werk van een meester, die zichzelf nog niet geheel gevonden had. Het stuk zou nog te veel in de ban van Haydn en Mozart liggen en het zou door latere symfonieën verre worden overtroffen. Men kan dit met recht betwijfelen, want hoewel deze eerste in haar uiterlijke verschijningsvorm overeenkomt met het werk van oudere tijdgenoten, draagt zij toch wel zo sterk het geestesmerk van Beethoven, dat iemand die het nooit eerder gehoord had, maar overigens goed bekend zou zijn met de Weense classici, geen ogenblik zou weifelen. Het is een zuivere Beethoven, die ik nog altijd prefereer boven de 'Negende'.
De Belgische gastdirigent Edouard van Remoortel speelde hem gelukkig ook als een Beethoven en niet, zoals dikwijls gebeurt, â la Mozart of Haydn. Van Remoortel is het type van de moderne dirigent, sober in zijn gebaren maar punctueel en volkomen ondubbelzinnig. Deze eerste symfonie kreeg onder zijn handen een heldere structuur en een blijmoedige maar mannelijke allure.
Dat hij nog meer pijlen op de boog had bleek in de Rhapsodie Espagnole van Ravel Dit grillige en in alle opzichten moeilijke werk dirigeerde hij voortreffelijk en ook nu weer was een grote klaarheid de meest opvallende eigenschap. Het orkest liet hem geen ogenblik in de steek. Ravel vraagt een grote virtuositeit van alle instrumenten en deze Rhapsodie in het bijzonder wordt als toetsteen voor een orkest beschouwd.
Dat de GOV. deze vuurproef glansrijk wist te doorstaan stempelt haar tot een eersterangs ensemble.
Ravel is de grote Franse meester der instrumentatie en in dit opzicht de evenknie van de Oostenrijker Richard Strausz. Maar zijn muziek zal zich waarschijnlijk langer weten te handhaven.
Louis Somer, de concertmeester van de G.O.V. trad als solist op en hij had zeker niet de weg van de minste weerstand gekozen door met de Tzigane van Ravel en de Havanaise van Saint-Saens voor het voetlicht te komen.
De Tzigane is een razend moeilijk werk, volgeladen met vrijwel alle technische kunstgrepen die voor de viool te bedenken zijn, maar daarenboven een brok echte, levende muziek. De solist moet dus een volleerd virtuoos en tevens een bekwaam musicus zijn. Louis Somer is inderdaad allebei. Zijn technisch kunnen stelde hem in staat alle moeilijkheden te overwinnen en zijn grote muzikaliteit waarborgde een kunstzinnige vertolking.
Vergeleken bij de Tzigane is de Havanaise van Saint-Saëns bijna kinderspel, hoewel ook hierin de solist over een groot vakmanschap moet beschikken.
Louis Somer, die door zijn zware taak als concertmeester weinig tijd moet hebben voor een grondige voorbereiding voor solistisch optreden toonde zich gisteravond een rasviolist die door het stormachtig applaus van de talrijke aanwezigen op de juiste wijze gewaardeerd werd.

R.J.S.

Groninger Orkest Vereniging. Solisten:
Louis Somer viool en Koos Meekers klarinet

Het valt in Jan van Epenhuysen te prijzen, dat hij nu en dan daarvoor in aanmerking komende orkestleden in de gelegenheid stelt bij de gewone abonnementsconcerten als solist te fungeren. Bij de eerste blazers, en daardoor is hun taak des te verantwoordelijker, is het zo, dat zij haast bij elk concert moer of minder belangrijke solopartijen te vervullen hebben, Men vindt dit zelfs héél 'gewoon'. In het midden latend of dit juist is, wordt hiervan als regel maar weinig gewag gemaakt. Iets anders wordt het, wanneer een orkestlid bij name als solist genoemd wordt en zijn 'vaste' zitplaats verwisselt voor een staanplaats vlak bij de dirigent.
In zo'n geval verkeerde nu de soloklarinettist Koos Meekers bh het 25ste abonnementsconcert der GOV. Bij dit concert had hij zich tot taak gesteld de solopartij te vervullen in Mozart's concert voor klarinet in A gr. t.. KV. 622. Voor iemand. die hiertoe bij machte is, en hieronder mogen wij Koos Meekers stellig rekenen, moet het een voorrecht zijn in dit zeldzaam mooie klarinetconcert als solist op te treden. Het is een der schoonste en gaafste werken, die het genie Mozart in 1791 vlak voor zijn vroege dood componeerde.
Koos Meekers legde met de vertolking, die muzikaal en technisch alleszins verantwoord was veel eer in. Het was een voorrecht hem in dit zo goed als volmaakte werk te volgen. Onder leiding van Jan van Epenhuysen stond de GOV hem kranig ter zijde. Het gulle applaus (bovendien kreeg Koos Meekers drie bloemstukken) bewees wel, dat het publiek met deze hoogstaande vertolking zeer ingenomen was.

Louis Somer
Na de pauze kregen wij de Symfonische Suite 'Sheherazade' van N. Rimsky-Korsakoff. Zou in gewone gevallen de keuze van dit orkestrale pronkstuk minder opvallen, bij dit concert, dat voor Louis Somer een vroegtijdig afscheid betekende, viel deze keuze op, omdat hierin onze zéér gewaardeerde eerste concertmeester nu voor de laatste maal de vioolsolo uitvoerde, Meermalen hebben wij van Louis Somer deze briljante solopartij gehoord. Deze keer heeft hij ons echter met zijn expressief bewogen spel zeer getroffen. Na afloop heeft het publiek op een grootse wijze Louis Somer gehuldigd. Enkele malen moest de scheidende concertmeester, en nu met een fraai bloemstuk in handen, terugkomen om hiervoor te danken. Op sympathieke en nadrukkelijke wijze betrok hij hierin Jan van Epenhuysen en de GOV. Hiertoe was ook alle reden. Wat dirigent en orkest in Rimsky-Korsakoff's Symfonische Suite 'Sheherazade' presteerden, stond op een hoog plan. De GOV was in dit briljant werk in topvorm.
De GOV had ter nagedachtenis aan Eduard van Beinum, de attentie dit concert te beginnen met het Air uit de derde Suite van Joh. Sebastiaan Bach. Een zinvol en plechtig begin, dat, jammer genoeg. wat uit de beoogde sfeer viel, doordat het publiek applaudisseerde toen Jan van Epenhuysen het podium betrad.
WILLEM ZONDERLAND. 4)

Louis Somer als componist

Onderstaand een overzicht van de muziekhandschriften van Louis Henri Somer die in het bezit zijn van het Nederlands Muziek Instituut te Den Haag en aldaar gearchiveerd zijn onder muziekmanuscripten GM 364/001 tot en met 364/033. De volgorde van dit archief is aangehouden. Alle werken zijn autograaf.

Muziekhandschriften van Louis Henri Somer

001 Ballade voor Piano - Juni 1928 - Aan Jo van Rijn - Partituur -Onvolledig
002 Lentemorgen - Partituur
004 Quartet voor twee Violen Alt en Cello : Preludio - Intermezzo - Adagio - Allegro(Fuga) - 1936-1938 - Partituur + Partijen
004a Muziekmanuscript zonder titel - Allegro molto moderato - Parijen
005 Eine singt aus 'Mädchengestalten' von Rainer Maria Rilke für Sopran und Klavier - juni 1962 - Partituur
006 Burlesque voor piano en orkest - Schetsen - zie ook 32i-1
007 Novemberland - Paterswolde, 25 Maart 1951; Koos Schuur tekstdichter -Partituur + Partijen
008 Kwartet-Satz ± 1963 - Schets
009 Pavane Partituur 4 p + fragment = onvolledig
010 2e Strijkkwartet in a, 26 October 1938 -Partituur - Onvolledig (alleen deel 1)
011a Muziekmanuscript zonder titel -II Scherzo - 6 Juli 1937 - Partituur 13 p
011b Muziekmanuscript zonder titel -III Arietta con Variazioni - Partituur
011c Muziekmanuscript zonder titel -1V Finale -Partituur 14 p
012 Preludio e Fuga per due Violini, Viola e Violoncello 1938 - Partijen
013 Kerstcantate naar het evangelie van Lucas 2 de hoofdstuk de verzen 6 t/m 14 voor gemengd Koor, sopraan (tenor), solo, orgel en blokfluiten - Partituur 33 p + fragmenten
014 Divertimento voor fluit, Althobo en fagot; motto: Jorinda a) - Partituur + Partijen
015 Mien dörp is dood voor declamatie en strijkkwartet September-December 1957; Jan Boer tekstdichter - Partituur 40 p
016 Variatie voor orkest (zonder soli) - Schetsen - Onvolledig
017 (2e) Sonatine voor viool en piano - In opdracht van Zijne Excellentie de Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen - Manuscript -Partituur 18 p + schetsen
018 Sonatine voor viool en piano - In opdracht van Zijne Excellentie de Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen - Partituur 17 p
019 Passacaglia en Fuga voor orkest 1940-1941 - Maart - October 1940 - Partituur 76 p
020a Sonate voor cello en piano - voor Klaas en Coba Kueter 8 Nov. 1941 - Schetsen b)
020b Sonate voor Piano en Violoncel - October 1941 - Maart 1942 gecomponeerd voor Coba en Klaas Kueter 2) Partij 9 p.
021 Trio voor Piano, Viool en Violoncel 25 Nov 1943 - Schets 27 p
022 5 Voorspelen voor Granida van P.C Hooft Paterswolde October-November 1948 - Partituur 34 p zie ook 031
023 Scéne de Pan et les Nymphes Prélude pour Orchestre par Août 1925 - Décembre 1926 Ä Monsieur Kor Kuiler c) - Groningen, December 1926 - Partituur 33 p
024 Concerto per violino e orchestra, Juni 1950 - Juni 1951 - Partituur 74 p + schetsen
025 Concertino voor fluit, Hobo, Clarinet en strijkorkest - Paterswolde, 21 Augustus 1948 - Partituur + partij; onvolledig
026 Divertimento-Concertante voor fluit, hobo, clarinet, harp en strijkorkest, 1948-1949 - Partituur 48 p
027a Agnus Dei - Partituur
027b Agnus Dei voor sopraan en orkest - Partituur 12 p
028 Concertino - Schetsen - zie ook 025
029 Variaties voor strijkorkest 1936 Partituur 10 p
030 Het trotsche prinsesje - Partituur 58 p in 2 delen + fragment + schetsen - 2e bedrijf onvolledig - fragment betreft 'Elfendans'
031 Granida - 21 oktober 1947 Partituur + partijen - zie ook 022
032a Himmel auf - Schetsen
032b Blijspel-Ouverture - Schets
032c-1 roep - Partituur Fragment bevat ook schtsen van 'Dona eis requiem' en 'Wals voor viool en piano?'.
032c-2 Dona eis requiem - Schetsen - Bevat ook fragment 'roep' en schets Wals voor viool en piano?
032c-3 Muziekmanuscript zonder titel - Schets - Wals voor viool en piano?- Bevat ook fragment 'roep' en schets 'Dona eis requiem'
032d Muziekmanuscript zonder titel - Schetsen - Wals voor viool en piano?
032e Scherzo-burlesco - Partituur + schets - onvolledig
032f Vom Wind getroffen - Partituur + schets - Fragment - Titel in schets: '2 die Frau vor der spiegel'
032g Requiem - Schetsen
032h-1 Muziekmanuscript zonder titel - vervolg 1e deel pianoconcert - Schetsen p 50-52
032h-2 Pianoconcert finale - Schetsen - Bevat ook schets voor 'Hoboconcert'
032h-3 Hoboconcert - 2e deel - Schets - Bevat ook schets van 'Pianoconcert finale'
032i-1 Burlesque - vervolg - Schetsen - zie ook 006 - Bevat ook schetsen voor 'Fuga a 4 voce' en 'Strijkkwartet'
032i-2 Fuga a 4 voce - Schetsen - Bevat ook schetsen van 'Burlesque' en 'Strijkkwartet'
032i-3 Strijkkwartet - Schetsen - Bevat ook schetsen voor 'Fuga a 4 voce' en 'Burlesque'
032j Muziekmanuscript zonder titel - Schets
032k Muziekmanuscript zonder titel - Schets - Sonatine voor fluit en piano?
032l Fluit sonatine - Schetsen
032m Muziekmanuscript zonder titel - Schets - wals voor viool en piano?
032n Muziekmanuscript zonder titel - Schets - Voor fluit en strijkorkest?
032o-1 Muziekmanuscript zonder titel - Schets - Bevat ook schets van 'Celloconcert'
032o-2 Celloconcert - Schets - Bevat ook schets voor piano en orkest zonder titel
032p Muziekmanuscript zonder titel - november 1926 - Fragment
033 das Trunkene Lied - tekstdichter Friedrich Nietsche - 3 mei 1920

a) Jorinde is het oudste kleinkind van Louis Henri Somer
b) Klaas Kueter speelde violoncello en viola da gamba en zijn vrouw Jacoba Kueter-Zwager speelde clavecimbel en piano. Beiden hebben zich ingezet voor het Friese Orkest en zo voor het Friese muziekleven
c) Kuiler was ook dirigent van de Groninger Orkestvereniging van 1910 tot 1944.

Composities van Louis Henri Somer

Dan volgen hieronder de composities van Louis Henri Somer.
Deze lijst ontving ik van zijn zoon Aldo Somer.

Orkestmuziek:
Passacaglia en Fuga 1941
Symfonische muziek 1942 - 1943
Ouverture Driekoningenavond 1944 - 1945
Divertimento concertante voor fluit, hobo, klarinet, harp en strijkorkest 1948- 1949
Burleske voor piano en orkest 1950
Concert voor viool en orkest 1950 - 1951 - Variatie en finale op een lied van Richard Hol, voor jeugdconcerten: Het lied is 'In een blauw geruite kiel'
Toneelmuziek bij Granida van P. C. Hooft 1947 - 1948
Tussenspelen uit Granida voor orkest 1948

Kamermuziek:
2 Sonatines voor viool en piano
1 Sonate voor cello en piano
1 Sonatine voor fluit en piano
2 Strijkkwartetten
1 Pianotrio
Pastorale voor cello en piano
Pavane voor viool en piano
6 Liederen voor sopraan en piano op teksten van R. M. Rilke: Zu meiner Flöte die aus Jade ist, voor sopraan, fluit en piano

Er is een gedicht van Louis Henri Somer dat gaat over de 'Kleine Violist'. Dit zijn vijf gemakkelijke door hem geschreven stukjes voor viool met pianobegeleiding. Dit stuk komt niet in de bovenstaande archiefgegevens voor. Een gedrukt exemplaar van de 'Kleine Violist' is in mijn bezit.
Voor bladzijde één van dit gedicht klikt u hier - 743 Kb.
Voor bladzijde twee van dit gedicht klikt u hier - 670 Kb.
In dit gedicht wordt gesproken over geld lenen bij de kolonel. De kolonel is zijn broer Jan Somer.

1) Uit het Nieuwsblad voor het Noorden van 17 april 1959.
2) Uit de Provinciaalse Drentsche en Asser Courant van 10 mei 1961.
3) Bron en datum onbekend.
4) Nieuwsblad voor het Noorden 17 april 1959.


Assen, november 2006
© Somer





HOME